In veel landen zou het niet zo moeilijk zijn om bij benadering de uitslag van een stemming in het parlement te voorspellen. Je kijkt naar de fracties, luistert naar wat ze hebben verklaard, en telt alles bij elkaar op. Maar bij de stemmingen voor een nieuwe president van Italië, die vanmiddag beginnen, is het zo eenvoudig niet.
Een belangrijke reden is dat het parlement gefragmenteerd is. Er is niemand die een kandidaat kan doordrukken. Mede daarom zijn de verklaringen van fractieleiders over hun voorkeuren omfloerst. Er wordt tot op het laatste moment overlegd tussen partijen, maar de verwachting is dat die zonder akkoord aan de eerste stemming beginnen.
Maar ook als dat anders zou zijn, blijft voorspellen moeilijk. Daar zijn drie extra redenen voor. Dat de stemmingen geheim zijn, biedt mogelijkheden aan wat hier electorale sluipschutters wordt genoemd. Bovendien is er in het parlement een flink aantal politieke vrijbuiters. En ten slotte stemmen ook 58 afgevaardigden van de Italiaanse regio’s mee, die niet altijd de partijlijn volgen.
Eerst de cijfers. Er zijn nu 1008 mensen die mogen stemmen – het schema hierboven is uit de Corriere della Sera. Dat zijn 629 leden van het Huis van Afgevaardigden (het Huis heeft 630 zetels, maar zondagavond is een afgevaardigde overleden), de 315 gekozen senatoren, de zes senatoren die wegens hun verdiensten voor het leven zijn benoemd, en 58 afgevaardigden van de twintig Italiaanse regio’s. In de eerste drie stemrondes is een twee derde meerderheid nodig, daarna volstaat een absolute meerderheid. Waarom is het dan zo moeilijk de uitslag te voorspellen?
1. Sluipschutters
De stemmingen zijn geheim. Dat biedt ruimte aan franchi tiratori. Dat is de term, te vertalen als sluipschutters, die wordt gebruikt voor mensen die in strijd met de afspraken binnen de fractie een andere naam op hun stembriefje schrijven dan is afgesproken. Daar kunnen verschillende redenen voor zijn.
Soms is dat betrekkelijk onschuldig vermaak. Een enkeling vult in de eerste ronde de naam van een vriend in op zijn stembriefje. Ook actrices Sophie Loren en Sabrina Ferilli hebben in het verleden stemmen gekregen. Hetzelfde geldt voor de voetbaltrainers Carlo Ancelotti en Giovanni Trapattoni. Volgens de grondwet kan iedere Italiaan die ouder is dan vijftig en wiens zijn burgerrechten niet zijn beperkt, president worden.
Maar er zijn op die manier ook oude rekeningen vereffend. Berucht is de stemming van 2013. Toen had de centrum-linkse Democratische Partij (PD) afgesproken te stemmen op Romano Prodi, oud-premier, oud-voorzitter van de Europese Commissie, en de enige die Berlusconi bij parlementsverkiezingen heeft weten te verslaan, in 1996 en in 2006. Toen alle stemmen in die ronde waren geteld, bleken ongeveer 100 stemgerechtigden, een kwart van de parlementariërs van de partij, een andere naam dan die van Prodi te hebben opgeschreven. De wond van toen is binnen de PD nog steeds niet helemaal geheeld.
2. Vrijbuiters
In de jaren negentig is Italië een politiek tweestromenland geworden, met een keuze tussen links en rechts. De opkomst sinds 2013 van de Vijfsterrenbeweging, die riep links noch rechts te zijn maar vooral nieuw, heeft dat enigszins doorkruist. Maar de Vijfsterren zitten in ieder geval niet in het rechtse blok.
Naast de grote fracties is er in het parlement, zowel in het Huis van Afgevaardigden als in de Senaat, nog een grote Gruppo Misto, een gemengde groep. Daarin zitten veel mensen die uit een bepaalde fractie zijn gestapt (of gezet), iets wat veel gebeurt in Italië. Vooral de Vijfsterrenbeweging, die na de verkiezingen van 2018 de grootste fractie had, is op die manier een fors aantal parlementsleden kwijtgeraakt.
Politieke meningsverschillen spelen daarbij een rol, maar opportunisme is zeker zo belangrijk. Van de 630 afgevaardigden zijn er deze zittingsperiode, sinds 2018, 141 één of meerdere keren van fractie veranderd. Van de 315 gekozen senatoren waren dat er 68. Soms stappen die politieke vrijbuiters over naar een andere grote fractie. Maar vaker komen ze terecht in de Gruppo Misto. En daar, weet iedereen, kunnen sommige mensen worden verleid, met beloftes van gunsten of geld. Berlusconi’s mislukte campagne om president te worden had de naam ‘Eekhoorntje’ gekregen, naar een verzamelaar, om aan te geven dat ze vooral in die Gruppo Misto veel steun hoopten te verzamelen.
3. De regio’s
Regionale verschillen zijn groot in Italië, en daarom is bepaald dat ook vertegenwoordigers van de twintig regio’s mee mogen stemmen over een nieuwe president. Het gaat om 58 mensen. De meeste van hen horen bij een van de grotere partijen. Van hen kan dus in principe fractiediscipline worden verwacht. Maar een handvol zit daar namens piepkleine partijen, en dat maakt hun stemgedrag soms moeilijker te voorspellen. Eén voorspelling durf ik wel aan: als alle stemmen geteld zijn vanavond, heeft Italië nog geen nieuwe president.
Dit is het zesde van een reeks blogs over de presidentsverkiezingen. Het Italiaanse parlement begint daar maandag aan, in een gezamenlijke zitting, één stemming per dag. In de eerste drie stemrondes is twee derde meerderheid nodig. Daarna volstaat een absolute meerderheid. Eerdere artikelen: Salvini zet Berlusconi op zijn nummer, Berlusconi’s droom vervliegt, Kan Italië Draghi missen?, Draghi heeft het land in de steigers gezet, en Wordt het geen tijd voor een vrouw als president?