Het is weer tijd voor een rondje Italiaanse politiek. Want terwijl in binnen- en buitenland veel spraakmakers sceptisch blijven over premier Meloni, denken de Italiaanse kiezers daar anders over. Bij regionale verkiezingen in de twee belangrijkste regio’s van het land kwam haar partij, en daardoor ook het rechtse blok, als de grote winnaar uit de bus.
Een aantal centrum-linkse kiezers lijkt de moed te hebben opgegeven, gezien het record aantal thuisblijvers. Het beeld van de parlementsverkiezingen in september herhaalde zich. In een onbegrijpelijke zelfmoordtactiek presenteerden de tegenstanders van rechts zich opnieuw verdeeld aan de kiezers. De drie grote rechtse partijen, die toch de afgelopen regeringsmaanden genoeg hebben gevonden om ruzie over te maken, stonden verenigd achter één kandidaat.
Zondag en maandag kon worden gestemd in de regio’s Lombardije (met Milaan als hoofdstad) en Lazio (Rome). Samen zijn deze regio’s goed voor ongeveer een kwart van de Italiaanse kiezers, dus de uitslag kan je zien als een enorme opiniepeiling. En die moet een grote glimlach op het gezicht van Meloni hebben gebracht. Konden de verdeelde tegenstanders van rechts in september nog zeggen dat ze bij elkaar opgeteld meer stemmen hadden gekregen dan de drie samenwerkende rechtse partijen, dat was nu niet het geval.
Lombardije en Lazio
Lombardije eerst. Daar moest de zittende regiopresident, Attilio Fontana, het opnemen tegen twee belangrijke rivalen. Dat waren de kandidaat van een alliantie tussen de Democratische Partij PD en de Vijfsterrenbeweging (Pierfrancesco Majorino) en de kandidaat van een centrumgroep die zich Terzo Polo noemt (Letizia Moratti, oud-burgemeester van Milaan). Fontana kreeg de afgelopen jaren een slecht rapport, maar de verdeeldheid werkte in zijn voordeel. Einduitslag: Fontana 55 procent, maar 58 procent van de kiezers bleef thuis.

Dan Lazio. Hier stond verenigd rechts tegen twee andere allianties. De regio is de afgelopen jaren redelijk goed bestuurd door de PD, maar de oppositie won. Francesco Rocca, oud-president van de het Rode Kruis, kreeg 54 procent. Een linkse alliantie onder leiding van de PD kwam tot 33 procent, en de alliantie van de Vijfsterrenbeweging, in Lazio met een eigen kandidaat, kreeg tegen de 11 procent. Hier nog meer thuisblijvers dan in Lombardije: twee derde van de stemgerechtigden is niet gaan stemmen.

Binnen het rechtse blok
Met zulke duidelijke overwinningen worden het ook interessant hoe het met de krachtsverhoudingen zit binnen het rechtse blok. Ook in dat opzicht zal Meloni tevreden zijn. Haar partij Fratelli d’Italia is nu de grootste in Lombardije, waar de Lega dat de afgelopen jaren was. Maar de krachtsverhoudingen binnen het rechtse blok zijn niet zo ingrijpend gewijzigd dat de stabiliteit van haar kabinet in gevaar komt.

Nu deze belangrijke verkiezingen voorbij zijn, kunnen de bestaande meningsverschillen op rechts wel weer zichtbaarder worden. Om te beginnen over Oekraïne. Meloni’s bondgenoot Berlusconi zei zondag nog dat hij nooit met Zelensky zou zijn gaan praten – Meloni sprak hem donderdag in Brussel. Want Zelensky, vindt Berlusconi, heeft zelf schuld aan de ellende in zijn land. Had hij de Donbass maar aan Rusland moeten laten. Dit soort uitspraken bevestigen: Meloni staat sterk, maar zij heeft meer te vrezen van haar vrienden dan van de onmachtige oppositie.
Dank! Buitenlandse politiek van Meloni lijkt positief te verlopen. Hoogste tijd dat Berlusconi zich definitief terugtrekt in een van zijn kapitale buitenverblijven…Ben benieuwd of en wat Meloni c.s. komende tijd structureel op binnenlands gebied gaan doen. Dáár zal dan een stevige strijd gevoerd worden.