Vandaag is het precies dertig jaar geleden dat het grote corruptie-onderzoek Schone Handen begon. Dat leidde tot de instorting van een politiek bestel dat een halve eeuw nauwelijks was veranderd. Maar kwam daarmee ook een einde aan de corruptie in Italië? Nee. Een paar dagen geleden waarschuwde minister van Economie Daniele Franco dat er nu een reeks fraudezaken aan de gang is die ,,tot de grootste behoren die de Republiek ooit heeft gezien’’.
Op 17 februari 1992 deed de Milanese justitie een inval bij een socialistische bestuurder, Mario Chiesa, die tevergeefs probeerde de bankbiljetten door het toilet te spoelen die hij juist als smeergeld had ontvangen. Italië kijkt deze week uitgebreid terug op wat er daarna gebeurde: de implosie van de christen-democratische en socialistische partijen, zelfmoorden van een paar van de belangrijkste ondernemers van het land, de chaotische zoektocht naar een nieuw politiek bestel, een felle discussie over de verhouding tussen politiek en magistratuur.
Steeds weer komt daarbij terug dat na Schone Handen de corruptie in Italië wel is veranderd, maar absoluut niet is verdwenen. Zo is er een speciaal bureau hiervoor gekomen, de Nationale Anti-Corruptie Autoriteit. Maar de president daarvan zei tegen persbureau Ansa:
De corruptie is nu niet langer een manier om bijna systematisch de politiek te financieren. Ze is veranderd in duizend stroompjes. Maar ze bestaat, is meer verborgen, en is daarom gevaarlijker, vooral in deze fase van grote overheidsinvesteringen voor het PNRR.
PNRR staat voor Piano Nazionale di Recupero e Resilienza, het Nationale plan voor herstel en veerkracht. Italië krijgt hiervoor het enorme bedrag van rond de 200 miljard euro aan leningen en subsidies uit Brussel. Het is onderdeel van het Europese Herstelfonds.
Vliegwiel
Een van de projecten van het PNRR is gericht op energie. Het voorgaande kabinet heeft een subsidie ingesteld om woningen energiezuiniger te maken of aardbevingsbestendig. Dit plan zou een vliegwieleffect moeten hebben omdat het een enorme stimulans betekent voor de bouwsector. Maar door gerommel, oplichting en bedrog is er hierbij sprake van enorme fraude.
Het gaat hierbij vooral om de zogeheten Superbonus. De overheid betaalt 110 procent van de kosten om gebouwen woningen energiezuiniger of aardbevingsbestendig te maken. Particulieren en organisaties die niet op winst zijn gericht, kunnen hier aanspraak op maken. Het geld komt voor een belangrijk deel uit het Europese Herstelfonds.
Maar er zit een ‘lek’ in de regels. Op veel plaatsen in Italië onderzoekt justitie projecten die onder de superbonusregeling vallen – tot nu toe is er in het kader van deze regeling voor tegen de 35 miljard euro aan projecten begonnen. Volgens minister Franco is er voor zeker 4,4 miljard euro fraude gepleegd en is er hangende de onderzoeken voor 2,3 miljard euro beslag gelegd op rekeningen.
De fraudezaken zijn niet overal hetzelfde, maar ze draaien om de mogelijkheid om de subsidie (die wordt verrekend met de belastingaangifte) door te geven als een krediet. Handig voor de particulier die dan geen rekening krijgt. Maar in de praktijk zijn er allerlei constructies bedacht om kredieten steeds maar weer door te blijven verkopen, totdat het vrijwel onmogelijk is het spoor terug te volgen – en zo te frauderen.
Slecht geschreven Wet aangepast
De wet is slecht geschreven, zei premier Mario Draghi. Het kabinet perkt nu de mogelijkheid om die kredieten door te verkopen, sterk in. Maar dat leidt weer tot politieke ruzie en economische problemen. De Vijfsterrenbeweging, die zichzelf had gepresenteerd als de geestelijke vader van de wet, vindt dat Draghi en zijn minister Franco overdrijven. Bovendien heeft het preventieve beslag ertoe geleid dat banken en andere financiële instellingen een stuk voorzichtiger zijn geworden met deze projecten. Bouwondernemers protesteren dat hun sneltreinvaart is teruggevallen tot een slakkengang.
Premier Draghi en minister Franco willen met de nieuwe regels een einde maken aan de dubieuze praktijken. De miljarden van het Europese Herstelfonds zijn een unieke kans voor Italië om lang uitgestelde verbeteringen door te voeren in bijvoorbeeld infrastructuur, openbaar vervoer, onderwijs, digitalisering, energie. Maar geen EU-land krijgt zo veel geld in het kader van het Europese Herstelfonds als Italië. En het land kan het zich niet permitteren dat er door corruptiezaken vraagtekens komen bij deze steun uit Brussel.
De superbonus is naar mijn weten een belastingaftrek van 110% van de kosten en niet een vergoeding van 110% van de kosten voor energiezuiniger maken e.d. van gebouwen